Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord

Kenniscafé Voorkomen huisuitzetting

Werkplaats Sociaal Domein Zuid-Holland Zuid | Kenniscafé Voorkomen huisuitzetting

Gepubliceerd op : 30 mei 2019

 

 

Tijdens het tweede kenniscafé van 2019 stond er zoals gebruikelijk weer een actueel maatschappelijk thema centraal: huisuitzetting. Of beter, het voorkomen ervan. Op donderdag 23 mei gingen zo’n 25 betrokkenen (o.a. studenten, docenten, bewoners, sociaal professionals en vertegenwoordigers van woningcorporaties) met elkaar in gesprek over deze problematiek. Ook wethouder Michiel Grauss maakte ruimte in zijn volle agenda om het kenniscafé bij te wonen. Dit keer gebeurde dat op de locatie van Hogeschool Inholland in Rotterdam.

Niet geheel toevallig koos het Werkteam voor deze locatie. Centraal stonden de bevindingen van de afstudeeronderzoeken van twee Inholland-studentes Sociaal Juridische Dienstverlening (SJD). Nassira Ittahiri richtte zich in haar onderzoek op de preventiemaatregelen van woningcorporaties, Danique Krijgsman stelde de interventies van deurwaarders centraal.

Waar denk je aan bij huisuitzetting?

Voordat het zover was hield dagvoorzitter David ter Avest een ‘interactief onderzoekje’ onder de aanwezigen. Bedoeld om onder andere inzicht te krijgen in de beweegredenen van de bezoekers van het kenniscafé en welke positie zij hebben aangaande het thema. Een van de (hoofd)redenen om naar het kenniscafé te komen is voor de meesten kennis brengen en halen. Het thema ‘huisuitzetting’ blijkt nogal wat verschillende associaties op te roepen. Enkele termen die naar voren kwamen: moratorium, schulden, maatschappelijke winst, drama, signaleren, schuldenproblematiek en kostenbesparing. Van de 3700 huisuitzettingen in 2017 bleek 80% gerelateerd te zijn aan betalingsachterstand.

Persoonlijke benadering

Ittahiri deed onderzoek onder de vier grootste woningcorporaties van Rotterdam. Belangrijke conclusie is dat de 100%-benadering (alle communicatiekanalen) en dan vooral de persoonlijke benadering, met resultaat kan bijdragen aan de voorkoming van huisuitzetting. Daarbij blijkt bellen het meest effectief. Het eerste sms’je heeft vaak effect: “Mensen willen graag herinnerd worden.” Krijgsman onderzocht de deurwaarderinterventies ‘profitletter’ (sommatiebrief) en ‘huisbezoek’ en het effect hiervan op de voorkoming van huisuitzetting. De profitletter wordt verstuurd door het incassobureau vóórdat er sprake is van een dossier. Meestal op het moment dat de huurachterstand 2 à 3 maanden bedraagt. De brief  (geschreven in relatief begrijpelijke taal) dient deels als informatiemiddel, deels als afschrikmiddel. Dat blijkt te werken: in 67% van de gevallen hoeft geen dossier aangemaakt te worden. Verder blijkt grofweg dat dossiers in 25% van de gevallen gesloten kunnen worden na een bezoekje van de deurwaarder in de minnelijke fase (incassobrieffase). Ook de woningcorporaties benadrukken dat huisbezoeken wel degelijk zin hebben en huisuitzetting(en) kunnen voorkomen. Soms wel tot 75% van de gevallen.

Tafeldiscussies

Zoals gebruikelijk vinden er tijdens de kenniscafés groepsgewijs discussies plaatsen over stellingen die verband houden met het thema. Dit keer hadden de studentes de (zes) stellingen bedacht zoals Het afleggen van een huisbezoek zou voor de deurwaarder verplicht gesteld moeten worden. Velen waren het met deze stelling eens, met daarbij de kanttekening dat dit niet alleen voor de deurwaarder zou moeten gelden maar ook voor de woningcorporatie. Toelichting op de brief die mensen hebben ontvangen kan ook leiden tot in actie komen. In het standpunt Woningcorporaties moeten het minnelijke traject volledig zelf doen konden de meesten zich ook vinden. Een groepje zag er wel wat in om het wijkteam eerder een rol te laten spelen in het minnelijke traject bij huisuitzetting. Betere samenwerking tussen de diverse instanties is ook belangrijk, maar door de AVG is dit in de praktijk lastiger. Kwetsbare doelgroepen (zoals laaggeletterden) zouden extra aandacht moeten krijgen, omdat er vaak geen opzet in het spel is wanneer het op huurachterstand aankomt. Vaak begrijpen mensen niet wat ze moeten doen na de ontvangst van een (aanmanings)brief. Ten slotte willen sommigen graag aandacht voor de 20% die niet vanwege huurachterstand maar om andere redenen te maken krijgt met huisuitzetting. De praktijk leert ook dat het vaak (te) lang duurt voordat de juiste hulpverlening op gang komt.

Voorkomen is beter dan genezen

Actief bewoonster, vrijwilligster en lid van het Werkteam, Erna de Vos, gaf stof tot nadenken mee. “Er is een discussie gaande over het verbieden van huisuitzetting wanneer er ook kinderen bij zijn betrokken. Het gevaar ligt op de loer dat mensen dit gaan uitbuiten en denken ‘ze kunnen mij er toch niet uitzetten’. Denk daar maar eens over na.”

Wat vanmiddag naar voren kwam is dat er wel degelijk huisuitzettingen kunnen worden voorkomen. Persoonlijke benadering en heldere communicatie zijn hierbij zeer belangrijk. Dit is ook voor alle betrokken partijen van belang. De 100%-benadering is een eerste middel om de doelgroep te bereiken. De vastgelegde afspraken die er nu zijn, zijn vaak onduidelijk en zouden uniformer moeten zijn. Of er over 10 jaar geen huisuitzettingen meer zullen zijn vanwege huurachterstand is wel de hoop bij iedereen. Of dit realistisch is zal de tijd uitwijzen.


Dit artikel is onderdeel van:

Op de hoogte blijven? Schrijf u in voor de nieuwsbrief!

Door je te abonneren op onze nieuwsbrief ga je akkoord met onze privacyverklaring.